Breuken (reeks 1)

Hoofdmenu Eentje per keer 

Reken uit

  1. \(\)In een doos met 120 prullen zijn \(\frac{4}{6}\) van de prullen sleutelhangers. Hiervan zijn er \(\frac{2}{4}\) die lekker ruiken. Hoeveel sleutelhangers die lekker ruiken zijn er?\(\)
  2. \(\)In een doos met 336 stukken snoepgoed zijn \(\frac{7}{8}\) van de stukken snoepgoed koekjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{6}\) die een vierkante vorm hebben. Hoeveel koekjes die een vierkante vorm hebben zijn er?\(\)
  3. \(\)In een doos met 378 prullen zijn \(\frac{1}{9}\) van de prullen sleutelhangers. Hiervan zijn er \(\frac{6}{7}\) die lekker ruiken. Hoeveel sleutelhangers die lekker ruiken zijn er?\(\)
  4. \(\)In een doos met 180 prullen zijn \(\frac{2}{6}\) van de prullen sleutelhangers. Hiervan zijn er \(\frac{8}{10}\) die fluoriscerend zijn. Hoeveel sleutelhangers die fluoriscerend zijn zijn er?\(\)
  5. \(\)In een vrachtwagen met 360 dozen zijn \(\frac{4}{8}\) van de dozen kartonnen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{2}{5}\) die gedeukt zijn. Hoeveel kartonnen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
  6. \(\)In een school met 150 leerlingen zijn \(\frac{4}{6}\) van de leerlingen meisjes. Hiervan zijn er \(\frac{3}{5}\) die eten van thuis meenemen. Hoeveel meisjes die eten van thuis meenemen zijn er?\(\)
  7. \(\)In een bedrijf met 432 werknemers zijn \(\frac{3}{6}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{8}{9}\) die minstens 3 talen spreken. Hoeveel mannen die minstens 3 talen spreken zijn er?\(\)
  8. \(\)In een doos met 294 prullen zijn \(\frac{4}{7}\) van de prullen sleutelhangers. Hiervan zijn er \(\frac{1}{6}\) die fluoriscerend zijn. Hoeveel sleutelhangers die fluoriscerend zijn zijn er?\(\)
  9. \(\)In een vrachtwagen met 192 dozen zijn \(\frac{2}{4}\) van de dozen metalen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{4}{6}\) die gedeukt zijn. Hoeveel metalen doosjes die gedeukt zijn zijn er?\(\)
  10. \(\)In een bedrijf met 225 werknemers zijn \(\frac{4}{5}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{3}{5}\) die minstens 2 kinderen hebben. Hoeveel mannen die minstens 2 kinderen hebben zijn er?\(\)
  11. \(\)In een bedrijf met 315 werknemers zijn \(\frac{6}{9}\) van de werknemers mannen. Hiervan zijn er \(\frac{1}{5}\) die minstens 2 kinderen hebben. Hoeveel mannen die minstens 2 kinderen hebben zijn er?\(\)
  12. \(\)In een vrachtwagen met 90 dozen zijn \(\frac{1}{3}\) van de dozen metalen doosjes. Hiervan zijn er \(\frac{5}{10}\) die gebarsten zijn. Hoeveel metalen doosjes die gebarsten zijn zijn er?\(\)

Reken uit

Verbetersleutel

  1. \(\frac{4}{6}\times\frac{2}{4}\times 120=40\text{ sleutelhangers die lekker ruiken}\)
  2. \(\frac{7}{8}\times\frac{4}{6}\times 336=196\text{ koekjes die een vierkante vorm hebben}\)
  3. \(\frac{1}{9}\times\frac{6}{7}\times 378=36\text{ sleutelhangers die lekker ruiken}\)
  4. \(\frac{2}{6}\times\frac{8}{10}\times 180=48\text{ sleutelhangers die fluoriscerend zijn}\)
  5. \(\frac{4}{8}\times\frac{2}{5}\times 360=72\text{ kartonnen doosjes die gedeukt zijn}\)
  6. \(\frac{4}{6}\times\frac{3}{5}\times 150=60\text{ meisjes die eten van thuis meenemen}\)
  7. \(\frac{3}{6}\times\frac{8}{9}\times 432=192\text{ mannen die minstens 3 talen spreken}\)
  8. \(\frac{4}{7}\times\frac{1}{6}\times 294=28\text{ sleutelhangers die fluoriscerend zijn}\)
  9. \(\frac{2}{4}\times\frac{4}{6}\times 192=64\text{ metalen doosjes die gedeukt zijn}\)
  10. \(\frac{4}{5}\times\frac{3}{5}\times 225=108\text{ mannen die minstens 2 kinderen hebben}\)
  11. \(\frac{6}{9}\times\frac{1}{5}\times 315=42\text{ mannen die minstens 2 kinderen hebben}\)
  12. \(\frac{1}{3}\times\frac{5}{10}\times 90=15\text{ metalen doosjes die gebarsten zijn}\)
Oefeningengenerator vanhoeckes.be/wiskunde 2024-11-21 12:40:29