Zet het vraagstuk om in wiskundetaal
\(\)Sofiane rijdt aan een constante snelheid van 39 m/s voor een duur van 1449 s. Hoe ver rijdt Sofiane?\(\)
\(\begin{align}----&---- \\v&=39 m/s \\ t&=1449 s \\ s&=? \\s &= v . t \\
\Leftrightarrow s &= 39 . 1449 m \\
\Leftrightarrow s &= 56511m\end{align}\)